1
De binnengekomen secretaris
Junius meldt op last van Z.Exc.
dat de
markgraaf van Baden morgen
naar
Amsterdam wil vertrekken. Aangezien hij daar
onbekend is, wordt voorgesteld hem door iemand te laten
begeleiden.
Ten aanzien van de drie punten die de markgraaf heeft ingediend bij gecommitteerden besluiten HHM als volgt:
De eerste twee punten zullen in overweging worden genomen.
Inzake het derde punt - het vervoer naar
Hamburg - is in Amsterdam opdracht gegeven
hiervoor te zorgen. Tevens zal het jacht van de RvS samen met twee
andere schepen worden klaargemaakt om de markgraaf naar
Amsterdam te brengen.
Men ziet er echter van af hem te begeleiden of anderszins onderweg
te
defroyeren.
HHM laten
Noortwijck,
Vosbergen
en
Ter Cuilen deze
resolutie
aan de markgraaf meedelen, nadat zij Z.Exc. hiervan op de hoogte
hebben gesteld.
De
Admiraliteit te Amsterdam
wordt
bericht
dat de markgraaf waarschijnlijk morgenavond zal arriveren. Het
College moet iemand
tot zijn ontvangst aanstellen. Deze persoon moet de markgraaf
inlichten waar de schepen liggen, die conform de opdracht van 8
mei
moeten worden gereedgemaakt, en verder in alles omtrent zijn
afvaart goede
bijstand verlenen.