8
De aanwezige afgevaardigden van de Admiraliteiten melden naar aanleiding van de gisteren door luitenant-admiraal
Dorp ingediende memorie dat in de instructie van de
commandeurs
betreffende deze punten in wezen is voorzien.
In opdracht van HHM hebben Dorp en commandeur
Quast met de aanwezige afgevaardigden deze regeling op de
beveliging
van de zee d.d. 13 nov. nader onderzocht, om te zien of
daaraan
nog iets toegevoegd moet worden. Zij adviseren het volgende:
Op het eerste punt, het schoonmaken en het opnieuw bevoorraden van de eskaders, zou de regeling moeten worden gevolgd dat de eskaders kruisend tussen de
Hoofden
[Nauw van Calais] en de
Seine, en tussen de
Hoofden en de
Maas, moeten worden schoongemaakt in
Zeeland of
Harwich en moeten
worden bevoorraad in Zeeland. De eskaders kruisend tussen de
Maas en
Texel en tussen
Het Vlie en het
Rif van
Skagen moeten worden schoongemaakt in
Leith of
Newcastle en bevoorraad in Texel
en in Het Vlie.
Ten tweede wordt het nodig geacht compagnieën te
formeren om de schepen van Nederlandse musketiers te voorzien.
Ten
derde zijn de matrozen onwillig de vijand de voeten te spoelen.
Daarom moeten zij zich als zij in dienst treden bij het zweren op de
artikelbrief daartoe verplichten.
HHM zullen dit bespreken met Z.Exc.