18/12/1627, 13

 
English | Nederlands

18/12/1627, 13

13 Conform de resolutie van 14 dec. worden met Z.Exc., Ernst Casimir en met de RvS de vandaag ontvangen brieven besproken, zowel van de Gedeputeerde Staten van Groningen als van commandant Erentreiter, en andere berichten over de komst van het keizerlijk volk naar Oost-Friesland.
Mede gelet op de gisteren gedane voorstellen van zowel de kanselier van de graaf van Oost-Friesland als van de gedeputeerden van Emden, alsmede van de gedeputeerden van de stenden van Oost-Friesland wordt besloten dat noch Leerort, noch Emden onder de huidige omstandigheden mag worden verlaten. Ze moeten juist van meer volk, levensmiddelen en oorlogsmunitie worden voorzien om zich te kunnen verdedigen. Dit betreft vooral Leerort, want Emden is genoeg versterkt. Met dat doel voor ogen zal de RvS aan Erentreiter nog een hoeveelheid kruit, lonten en lood zenden. Ook zal hem geschreven worden te melden of hij met het garnizoen bij machte is om de stad behouden. Zo niet, dan zal men hem enige versterking sturen. Ook zal de Raad Friesland en Groningen verzoeken door te gaan met de betaling van de vijfhonderd man waarmee de compagnieën te Emden versterkt zijn, totdat op de propositie van de Raad de consenten zullen zijn ingebracht.
De Gedeputeerde Staten van Groningen zullen worden bedankt voor de reeds naar Leeroort gezonden benodigdheden. HHM verzoeken deze plaats naar behoefte van levensmiddelen en oorlogsmunitie te blijven voorzien om de stad in staat te stellen zich te verdedigen, alles op kosten van de Generaliteit. Opdat HHM zich van dit laatste beter verzekerd weten, laten zij de Gedeputeerde Staten van Groningen enige tijd een betrouwbaar en bekwaam persoon afvaardigen naar Emden. Dit ter aanmoediging en om geregeld te kunnen berichten wat daar gebeurt. Ook dienen zij een geschikte commissaris een exacte monstering te laten doen, zowel te Emden als te Leerort, om eindelijk de sterkte te kennen van de aldaar gelegerde compagnieën.
Indien de keizerlijk soldaten in het graafschap Oost-Friesland worden ingekwartierd, zal met hen de neutraliteit in acht worden genomen. Indien men met tien of twaalf man onder het fort Leerort of Bourtange, de voorschans van Bellingwolde of Dünebroek komt, zal dat door de vingers worden gezien. Als zij daar echter met een macht komen, vijandigheden plegen, of met volk via Bourtange of de schans van Bellingwolde dit land betreden, dan zal dit niet worden getolereerd. Na een waarschuwing zal worden verhinderd dat zij met veel of weinig volk naar Emden, Leerort, Bourtange of de voorschans van Bellingwolde komen en daar levensmiddelen, oorlogsmunitie of andere waren inslaan. De commandanten zullen daartoe de opdracht krijgen. Zij moeten trachten de toevoer aan dit volk vanuit deze of andere landen te voorkomen door middel van uitleggers. Een besluit op het plan om enkele andere plaatsen in Oost-Friesland te bezetten of er volk heen te sturen, hetzij naar Norden, Greetsiel, Knock, Diele of andere plaatsen en met dat doel wat volk naar Delfzijl of omstreken te sturen om eventueel te kunnen worden ingezet, wordt echter uitgesteld.