15
De gecommitteerden van HHM ter beveiliging van de zee rapporteren conform de resolutie van 18 dec. met Z.Exc. te hebben overlegd over de opgestelde staat van de oorlog te water. De stadhouder heeft deze gehouden voor onderzoek. Ook hebben zij de andere hoofdzaken aan Z.Exc. meegedeeld. Hij stemt ermee in de soldij en de kostgelden van de
matrozen alsmede de kostgelden van de musketiers op de 35 schepen, vijf jachten en vijf fregatten, bestemd voor de kust van
Vlaanderen en voor het kruisen, te repartiƫren over de
provincies. Ook mag men het op 16 nov.
goedgekeurde plan ter ontlasting van de Admiraliteiten over
de provincies repartiƫren. Eveneens zou men een verdeelsleutel
voor de twee miljoen over de verschillende Colleges moeten
vaststellen, in evenredigheid met de mate waarin zij met de
equipage op
de rivieren en op zee
belast
zijn en het inkomen dat daartegenover staat. De
provincies
zou verzocht moeten worden meer lasten van de lopende schulden
op
zich te
nemen, dan waartoe zij verplicht zijn. Bovendien zouden zij hun
gedeputeerden nog zes jaren in de Admiraliteiten moeten laten
dienen. De Colleges zal worden verzocht ieder kwartaal een
overzicht van hun inkomsten op te sturen.
Ten slotte wordt voorgesteld een goede
vice-admiraal in
Holland aan te stellen over de
commandeurs op de
kruisers en om over hun traktement te besluiten.
Na onderzoek van al deze punten wordt de heren verzocht deze punten op schrift te stellen voor nader onderzoek.