11
Ondersteund
door brieven van
de magistraat van
Dordrecht verzoekt
Adriaen Repelaer,
konvooimeester aldaar, betaling van 6.626 gld. 3 st.
aan
rente over 46.900 gld. die hij op bevel van de
Admiraliteit te Rotterdam
heeft
betaald.
Eveneens lezen HHM het advies van de
Generaliteitsrekenkamer
d.d. 13
okt.
1627 waarin Repelaers rekest ondanks de aangevoerde redenen wordt afgewezen. De Rekenkamer laat
het aan HHM over of zij Repelaer uit bijzondere
gratie willen begunstigen.
HHM geven het rekest nogmaals aan de Rekenkamer om de kwestie opnieuw te bekijken en nader te adviseren.