14
HHM resumeren hun gisteren genomen besluit inzake de lening van 100.000 gld. voor de soldijbetaling aan de kapiteins en matrozen op de voor bewaking van de
Maas en
Waal bestemde schepen.
In plaats hiervan beloven de verschillende provincies binnen drie weken hun quote in de 100.000 gld. te laten betalen aan de
ontvanger-generaal. Deze wordt afgetrokken van het voor de
Admiraliteit geconsenteerde tweede miljoen, conform de daartoe
verleende decharges van de RvS. Het eerste miljoen is op de staat
van
oorlog over de provincies verdeeld.
Vervolgens verklaren de heren van
Holland dat hun quote in de 100.000 gld. pas naar het kantoor zal
worden gebracht als de quoten van de anderen provincies daar
zijn betaald.