10
HHM lezen het advies van
Aelbertsz. over de door hem en
Antwerpen gehouden besprekingen met de
Bewindhebbers van de VOC
te
Amsterdam en de opnemers van de 21-jarige
rekening,
conform de daarbij opgetekende notulen, de
ondertekende mededelingen van de Amsterdamse opnemers en de
daaropvolgende verklaringen van de opnemers van
Zeeland en
Hoorn. Tevens leest
men de
resolutie van 20 maart 1625 en de afrekening van
1608.
Krachtens de op de vergadering van 19 april in Amsterdam gemaakte notulen en hun daaropvolgende resolutie van 30 juni laten HHM de besprekingen over de 21-jarige rekening voorlopig voortzetten. De afrekening moet gebeuren ten overstaan van hun afgevaardigden, zoals op aanplakbiljetten in juli is bekendgemaakt, en op de navolgende manier. De opnemers moeten hun besprekingen en openbare voorlezing voortzetten, de stukken blijven aantekenen en bespreken en de geldvoorraad tellen tot 1619, zoals in 1608 is gebeurd. Wel mogen de opnemers bij het sluiten van de 21-jarige rekening naar eigen inzicht clausules en protestaties opstellen. De balans en het laatste overzicht van de 21-jarige rekening, de door de opnemers opgestelde loquaturs en de oplossingen van de Bewindhebbers daarvoor, de daarvan gemaakte notulen (waarvan de opnemers conform eerdere resumptie een kopie hebben ontvangen) en de door HHM besloten punten moeten in het boek genummerd 'E' worden geregistreerd. Daarvan hoeft geen openbare voorlezing te worden gedaan, zoals bij het aantekenen en optellen van de kas dient te geschieden. Als dit is gebeurd, kan de definitieve afrekening worden opgesteld. Net als in 1608 moet deze in aanwezigheid van de commissarissen van HHM worden ondertekend. HHM verzoeken deze hiertoe voor 19 aug. naar Amsterdam terug te keren. Zij moeten de Bewindhebbers en opnemers daar gelasten zich hieraan te houden.
Verder laten HHM de opnemers in Zeeland op de vastgestelde datum voor bovenstaande doeleinden in Amsterdam zijn. Bij eventuele afwezigheid van hen zullen de besprekingen en het sluiten van de rekeningen echter worden voortgezet.
Ook gelasten HHM de Bewindhebbers om
Aert Gyssels op de vastgestelde dag te ontbieden. Indien de Amsterdamse
opnemers
Volchart van Aijtha en
Daniel Godyn en de opnemers van
Zeeland afwezig zijn bij de besprekingen en afrekening, zoals zij
onlangs waren, dan machtigen HHM
Jan
Houchepied en Aert Gysels om dit af te handelen. Als ook
zij
weigeren, zullen de afgevaardigden van HHM hiertoe een andere
geschikte
persoon inzetten.