1
Essen en de andere afgevaardigden berichten dat de aanwezige
gedeputeerden van de Admiraliteiten hun een kostenraming van
de
Admiraliteit te Dokkum
voor 1629 hebben gegeven. Daarnaast hebben deze een raming
ingediend
waarmee de staat van oorlog te water voor 1629 zou worden
belast:
I De soldij van de vierhonderd soldaten die conform de resolutie van 20 okt. de vier voor de kust [van
Vlaanderen] en de kruisers van
Het Kanaal bestemde
compagnieën zullen versterken.
II De koop, uitrusting en negen maanden onderhoud van vijf voor de beveiliging van de zeegaten bestemde jachten.
III Een in het leger gebruikte pleit van de
Admiraliteit in Zeeland
, welke het huidige jaar is weggelaten uit de genoemde staat.
IV Drie nieuwe binnenschepen en twee fregatten tegen een vijandelijke inval over de rivieren in
Holland,
Zeeland en
Brabant.
De afgevaardigden vragen ten slotte of de op zee dienende soldaten servitiën moeten krijgen.
HHM zullen het overzicht van het College te Dokkum en het verzoek om drie schepen en twee fregatten ten behoeve van een betere beveiliging van de Hollandse, Zeeuwse en Brabantse rivieren nader onderzoeken. Een besluit over de servitiën wordt uitgesteld. HHM vragen de aanwezige afgevaardigden te bespreken hoeveel er kan worden bespaard door de afdanking van twee schepen op de
Bovenrijn in het winterseizoen en hoeveel er op andere manieren kan
worden
afgetrokken van de extra kosten waarmee de staat van oorlog te
water
over 1629 wordt belast.