3
De
president bericht conform de gisteren genomen resolutie met Z.Exc.
te hebben gesproken over de door de afgevaardigden van de
Admiraliteit te Amsterdam
ingediende
remonstrantie. Deze betreft het gedurende drie maanden afdanken
van de
voor
de
Bovenrijn en
Nederrijn
bestemde
schepen. De stadhouder meent dat hierover nader met de raden van
het
College zou moeten worden gesproken.
HHM machtigen de afgevaardigden om hierover na overleg met Z.Exc. in het beste belang van het land te besluiten.