13
Beaumont rapporteert krachtens de resolutie van 10 dec. de brief van
de gezanten in
Engeland d.d. 24 nov. te hebben onderzocht. Hij
heeft er de
belangrijkste
punten uit gehaald.
I De raad van de
koning van
Groot-Brittanniƫ maakt voor de ordinaris
ambassadeur die hier vanwege de koning zal
resideren, aanspraak op zitting in de
RvS
.
II De koninklijke raad heeft aan de ambassadeurs van HHM
mondeling verklaard dat op hun aandringen het
plakkaat op de toevoer van levensmiddelen en
oorlogsmunitie naar
Frankrijk is gewijzigd, zonder
daarvan een
schriftelijke verklaring te geven.
III In Engeland is de
vrede geproclameerd met de
Algerijnen, inwoners van Tunis en andere Turken aan de
Middellandse
Zee.
De
ambassadeurs van HHM verzoeken om vrijstelling van deelname aan de
besprekingen tussen de
VOC
en de Engelse Oost-Indische Compagnie.
HHM stellen een beslissing uit tot er besloten wordt op de door
Joachimi ingediende punten.