11
De gedeputeerden van de
Admiraliteit te Rotterdam
,
te Amsterdam
en
in Zeeland
compareren en herinneren HHM aan hun remonstrantie d.d. 20 januari. Hierin wezen zij op de buitensporige verhoging door de vijand van de licenten op alle goederen die vanuit de Republiek via de
Maas en de
Rijn in diens gebied worden ingevoerd.
In vergelijking met de Republiek zijn de licenten van de vijand nu
twee
derde hoger. Om daar tijdig iets aan te doen, stellen de
gedeputeerden
voor om het licent van 's-
Hertogenbosch te heffen
op
alle goederen die uit de Republiek gevoerd worden via de Maas,
Waal, Rijn,
IJssel of de
Schelde, verder over zee naar
Calais
of via de
Eems en tenslotte naar het platteland
onder
contributie, zonder enige uitzondering zolang de vijand blijft
vasthouden aan de buitengewoon hoge
licenten. Aangaande deze kwestie dienen zij
hierbij
nog een deductie in.
Daarnaast bevelen de gedeputeerden aan dat de goederen en eetwaren die naar het platteland van
Salland gevoerd worden even zwaar belast worden als die naar het
platteland van het graafschap
Zutphen.
HHM houden het voorstel nog in beraad en vragen de gedeputeerden om een afschrift van de voorgelegde deductie. Wat betreft de aanbeveling over Salland wensen HHM geen besluit te nemen in afwezigheid van de gedeputeerden van
Overijssel.