15/03/1629, 6

 
English | Nederlands

15/03/1629, 6

6 HHM lezen de remonstrantie van Johan van der Veecken, hiertoe speciaal gelast door de keurvorst van Keulen, over het conflict tussen de Staten van Gelderland enerzijds en de vrijheer van Batenburch anderzijds over het rechtsgebied van de heerlijkheid Batenburg. Van der Veecken verzoekt uit naam van de keurvorst als uitschrijvende vorst van de Westfaalse-Nederlandse Kreits om de processen die door de momber voor het Gelderse Hof tegen Batenburch zijn aangevangen, op te schorten totdat beide partijen hun standpunten uiteengezet hebben, de keurvorst van de argumenten van de Geldersen op de hoogte is gesteld of tenminste, totdat de keurvorst en Batenburch van Van der Veecken een boodschap hebben ontvangen, waarop zij hebben kunnen reageren.
HHM verzoeken Beaumont, Haersolte en Schaffer aan agent Van der Veecken het schriftelijke antwoord van de Staten van Gelderland d.d. 16 sept. 1628 op de brief van HHM d.d. 17 mei 1628 mee te delen en de deductie van de vrijheer van Batenburg over te leveren. Zij hopen dat Van der Veecken, eenmaal overtuigd van de Gelderse aanspraken, de keurvorst van Keulen en de vrijheer van Batenburg ertoe kan bewegen af te zien van het aangespannen proces.