11/04/1629, 5

 
English | Nederlands

11/04/1629, 5

5 Gehoord is het rapport van Noortwyck en Ploos, die samen met de afwezige Beaumont krachtens de resolutie van HHM d.d. 31 maart verder beraadslaagd hebben over het advies van de RvS d.d. 26 maart op het rekest van Johan de Gryse, hoogbaljuw van het Vrije van Sluis.
HHM verklaren dat de nieuwe keur van Albrecht en Isabella, als graven van Vlaanderen, uit 1619, waarin gesteld wordt dat man en vrouw van elkaar erven bij gebrek aan erfgenamen aan de zijde van de overledene, niet van kracht is in het Vrije van Sluis onder het gezag van HHM. De inwoners van dat gebied moeten de bepalingen van de oude keuren en het gewoonterecht blijven volgen. De ontvangst en de administratie van dergelijke erfenissen gebeurt door de hoogbaljuw, die daarvoor één derde van de totale erfenis krijgt. Het overige deel moet in de rekeningen opgenomen worden ten bate van HHM.