18/04/1629, 1

 
English | Nederlands

18/04/1629, 1

1 Ludovicus Camerarius compareert en verklaart krachtens zijn gisteren voorgelegde geloofsbrief van de koning van Zweden dat hij gelast is de alliantie met HHM, die deze maand zal aflopen, te vernieuwen. Tevens moet hij spreken over de beveiliging van de Oostzee. Hij vraagt HHM enkele gedeputeerden te machtigen hierover te onderhandelen.
Daarop brengt hij de vergadering op de hoogte van de slechte situatie in Duitsland en het voornemen van de keizer om de Oostzee en de Noordzee onder zijn controle te brengen. Deze uiteenzetting blijkt ruimer te zijn dan zijn eerdere propositie en de vergadering vraagt hem ook deze op papier te stellen, zodat ze door de deputatie van HHM nader beschouwd kan worden.