13/07/1629, 1

 
English | Nederlands

13/07/1629, 1

1 De Directeurs van de Levantse Handel verzoeken HHM in een remonstrantie onmiddellijk maatregelen te nemen voor het verschaffen van het geld dat nodig is om agent Verhaer te Tunis vrij te krijgen. Volgens de eerder ingediende rekeningen gaat het om een bedrag van 12.029 gld. 12 st. Zonder dit geld staat Verhaer hetzelfde lot te wachten als agent Koij, die te Algiers overleden is.
HHM machtigen de Admiraliteit te Amsterdam nogmaals om het benodigde bedrag tegen een behoorlijke rente te lenen. Deze lening zal terugbetaald worden uit de lastgelden. De Admiraliteit in het Noorderkwartier krijgt de opdracht om de lastgelden van de schepen die naar Barbarije [Marokko] of door de Straat van Gibraltar varen stipt te innen en aan het College van Amsterdam te geven. HHM zijn bereid dezelfde moeite te doen voor de andere Colleges als men zou vernemen dat aldaar hetzelfde lastgeld niet stipt ontvangen zou worden.