21/07/1629, 8

 
English | Nederlands

21/07/1629, 8

8 Nicolaes Budier, burger en koopman te Calais, schrijft in een rekest dat hij Arent Nieuwhuisen had aangesteld als schipper en dat hij hem naar Setubal had gezonden om een lading zout. Op de terugreis werd het schip echter, gezien de oorlog tussen de twee kronen, veroverd door Engelsen en in Engeland tot rechtmatige buit verklaard. Hijzelf heeft het daar toen gekocht en laten terugkeren naar de rede van Calais, van waaruit hij het naar Bergen in Noorwegen heeft gestuurd. Ter hoogte van Oostende werd het op 4 juli door een vijandelijk oorlogsschip aangevallen en, nadat er enkele soldaten aan boord waren gegaan, verplicht om naar Oostende te varen. Het schip werd daarop zelf door enkele staatse schepen op de Duinkerker veroverd en in Zeeland opgebracht, waar men het tot rechtmatige buit wil verklaren. De suppliant vraagt HHM de Admiraliteit in Zeeland op te dragen zich niet in te laten met dit schip, noch erop te procederen, maar daarentegen het met de lading zout vrij te geven en hem terug te geven.
HHM antwoorden dat de suppliant zich tot het betrokken College moet wenden.