18
HHM bestuderen het opgeschorte punt van het binnenbrengen van het koren op het platteland alsmede het vernietigen van hetgeen men niet in veiligheid kan brengen. De gedeputeerden van
Utrecht geven ter overweging een aantal
herenhuizen met tien of twaalf soldaten te bezetten, en de
wachten op te dragen behulpzaam te zijn bij de invoer van het
graan.
HHM oordelen dat de bezetting veel problemen zou opleveren en men met de wachten de boeren niet zou kunnen beschermen. Daarom besluiten HHM dat de boeren in het
Oversticht binnen 24 uur al hun graan naar de versterkte steden en
plaatsen moeten brengen. Ritmeester
Chesi zal uitrijden om de boeren
bij
het binnenhalen
van
hun koren zoveel mogelijk te beschermen. Na het verstrijken van
die
tijd
zullen HHM
Brederode gelasten
maatregelen te
nemen
om de rest van het koren te vernietigen. Daarnaast zullen HHM
schrijven
aan de commandanten te
Harderwijk,
Elburg,
Wageningen,
Rhenen,
Naarden en
Wijk
bij
Duurstede om het koren nabij hun steden te velde of in de
schuren, binnen hun versterkte steden of plaatsen te halen. Het
koren
dat in vijandelijke handen zou kunnen vallen, dienen zij te
verbranden.