8
Ontvangen is een brief d.d. aldaar 19/29 sept. van de
Admiraliteit te Dokkum
. Door een van 's lands uitgezonden kapiteins voor de wacht en de bezetting van de
Wezer is een schip met bonen en erwten achterhaald. Het schip was
door een koopman te
Jever bevracht met bestemming
Norden. De Admiraliteit vraagt HHM
te oordelen of de genoemde lading te confisqueren is of niet, omdat
HHM de verschillende
Admiraliteiten eerder door middel van een aanschrijving had
meegedeeld dat de Wezer alsmede andere rivieren waren gesloten.
Ten
tweede verzoeken zij om het oordeel van HHM over de zaak van
commissaris
Tipotius.
HHM zullen alvorens een besluit te nemen op het eerste punt het advies inwinnen van de Admiraliteit te
Rotterdam
, te
Amsterdam
en in
het Noorderkwartier
. Wat het tweede punt betreft besluiten HHM de retroacta op te laten zoeken.