24
Ter vergadering compareren de raden van State
Schotte en
Walta met commies
Verhaer. Ze delen HHM mee conform
de
autorisatie van HHM van 12 okt. met de
hofmaarschalk van
de
koning van Zweden de door hem ingediende punten te hebben
besproken. Hij verzoekt op zijn kosten om
dertien
of veertien schepen waarmee de Zweedse troepen van
Zwartsluis naar
Pruisen verscheept kunnen worden.
Ten tweede zouden de troepen vrij tot aan boord
van deze schepen moeten worden gebracht door een
commissaris van de monstering in dienst van HHM. Ten derde moet de
hofmaarschalk ingeval HHM
meer volk uit hun dienst ontslaan, een regiment volk worden
overgelaten. Ten vierde dringt hij erop aan het contract dat door
Eysinga en
Jensma met hem is
gesloten geheel na te volgen, naast hetgeen ze hem mondeling
nog hebben beloofd.
HHM machtigen de RvS bij deze volkomen om in alle redelijkheid het schriftelijke contract en andere zaken met de maarschalk af te handelen. De RvS wordt verder verzocht Z.Exc. de plaats aan te wijzen waarheen de troepen moeten worden gezonden om te worden ingescheept, waarop HHM zijn patenten kunnen afgeven.