11
In een derde rekest vragen de pachters om hun kwart over de aan de
keurvorst van Trier toegestane vrije uitvoer van vastenkost. Zij verzoeken
verder
in ieder geval het schip te mogen visiteren waarin de goederen
zijn
ingeladen.
De uitvoer is reeds geheel vrij toegestaan en dit mag men doen zonder tegenspraak van de pachters, conform de ordonnantie en de gemaakte afspraken.
Het eerste verzoek wordt afgewezen, het tweede ingewilligd.