17/12/1629, 11

 
English | Nederlands

17/12/1629, 11

11 Sommelsdijck en Van Goch compareren en berichten dat Burlamachi gisteravond in 's- Gravenhage is teruggekeerd. Hij neemt het hen zeer kwalijk dat zijn reis in Rotterdam is vertraagd door zijn civiele arrest uit naam van HHM door de RvS. Hij beweert niet gearresteerd te kunnen worden omdat hij het land is binnengekomen met geloofsbrieven van de koning van Groot-Brittanniƫ. Desondanks stemt hij in met het geven van een assignatie van 120.000 gld. op Calandrini c.s. te Amsterdam, te betalen uit de opbrengst van het geschut dat Burlamachi Calandrini c.s. binnen drie jaar zal sturen volgens het met hen gesloten contract. Het is ook mogelijk dat HHM enkele stukken van het geschut aannemen met een evenredige waarde. Sommelsdyck en Van Goch verzoeken HHM te verklaren of zij instemmen met de assignatie.
De heren van Holland verzoeken deze zaak met hun principalen te mogen bespreken. Intussen besluiten HHM de RvS te machtigen alle middelen te gebruiken om met zo min mogelijk belediging nadere verzekering te krijgen van de schuld van 181.000 gld., waarbij een andere dan contante betaling wordt geweigerd. Vane, extraordinaris ambassadeur van de koning van Groot-Brittanniƫ, moet van alles op de hoogte gehouden worden.