14
Winsemius rapporteert dat
Johan
Preijscher,
gevolmachtigde van Bremen, namens de kooplieden van
Bremen in een memorie heeft verklaard dat de
kooplieden van de Republiek op de kantoren van de konvooien en
licenten
naar
Hamburg twintig kazen per schippond mogen
uitvoeren en naar Bremen niet meer dan tien kazen per schippond. De
kooplieden verzoeken toe te staan dat de kooplieden die hun kazen
naar
Bremen verschepen, per schippond twintig kazen mogen ontschepen,
net
als voor de kooplieden op Hamburg geldt.
HHM besluiten alvorens een beslissing te nemen een kopie van de memorie aan de
Admiraliteit te Amsterdam
,
in het Noorderkwartier
en
te Dokkum
te sturen voor inlichtingen en advies.