6
Kapitein
Johan Hessels, lasthebber van
graaf Willem van
Nassau,
verzoekt ten eerste om een gehele maand soldij voor de ingekwartierde
troepen in het Land van
Kleef,
Mark
en
Berg; ten tweede
om het aannemen van een regiment onderdanen met vuurroers in genoemde
landen ter inning van de omslagen; ten derde om de graaf twee
drielingen
uit
Rees van elk twaalf pond ijzer te zenden, met
een half kanon
uit
Wezel en een vuurwerker met een mortier;
ten
vierde om de graaf toestemming te verlenen de ruiterij van de
garnizoenen in
Nijmegen,
Arnhem,
Deventer,
Zutphen en
Emmerik
[Emmerich] bijeen te roepen en om de
gouverneurs en
commandanten van genoemde plaatsen op te dragen de graaf enkele
vuurroers ter beschikking te stellen, om deze zo nodig bij een
aanval
in te zetten.
Het rekest gaat naar de RvS
om,
na overleg met Z.Exc. hierover, te adviseren.