9
De gedeputeerden van de provincie
Zeeland hebben in de vergadering de staat van de opbrengst van de
konvooien en licenten van de kantoren onder de
Admiraliteit in Zeeland
ingediend,
op basis van de maandstaatjes en rekeningen over de periode 1
sept. 1625 tot en met 31 aug. 1626. De pachters van een kwart
van
de konvooien beschouwen zichzelf als tevredengesteld nu de door
dezelfde pachters aan het land te betalen verhoging van
het
licent te
Calais,
Boulogne-sur-Mer en de
Somme,
wordt gecompenseerd met hun vergoeding
vanwege
de sluiting van de licenten bij retorsie gedurende hun
pacht.
Hierop wordt geen besluit genomen.