11
Conform de resolutie van 11 mei horen HHM het rapport van hun gedeputeerden. Zij hebben met Z.Exc. overlegd over het rapport van
Essen en
Van der Dusse die uit
Friesland zijn teruggekeerd. Deze heren hebben
gedurende hun verblijf te
Leeuwarden bemerkt dat
het
opschorten en vertragen van de aanvaarding en betaling van de
repartitie
van oude schulden van de Admiraliteit en
het
aanzuiveren van de consenten te water, alsmede het voldoen van de
quote
in de verzochte 500.000 pond in plaats van legerlasten anno 1628,
voor
het merendeel terug te voeren zijn op de twisten tussen de leden
van de
provincie Friesland
over het
vinden van de
middelen ter betaling en de uiteindelijke betaling zelf.
HHM besluiten de Staten van Friesland ernstig te zullen aanschrijven op 15 mei o.s. op de Landdag al het mogelijke te doen om kort na het uiteengaan van de vergadering hun gecommitteerden hierheen te zenden om verslag uit te brengen van hun pogingen een oplossing voor hun geschillen te vinden. Daarna dienen de juiste middelen te worden verschaft waaruit de genoemde oude schulden alsmede hun quoten in de 500.000 pond moeten worden afgelost en de consenten te water kunnen worden aangezuiverd tot financiƫle steun aan deze staat.
Ondertussen zullen HHM de gedeputeerden uit deze vergadering het beraad dat inmiddels een aanvang heeft genomen over het heffen van de lopende middelen in de provincie Friesland, laten resumeren.