18 - 10 - 1628

Presentielijst:

Resoluties:

1 HHM lezen de gisteren ingediende propositie van agent Carlaton inzake Amboina [Ambon] en het rapport van de afgevaardigden die deze kwestie met Joachimi hebben besproken. Laatstgenoemden verklaren dat namens Z.M. van Groot-Brittannië een gelijkluidend doch op mildere en beleefdere toon gesteld antwoord aan de ambassadeurs in Engeland is gegeven.
HHM zullen de hoofdpunten uit de propositie halen en deze tezamen met het genoemde antwoord aan de gedelegeerde rechters geven. De rechters moeten over beide stukken hun mening geven.

2 De graaf van Emden bericht d.d. Aurich 1/11 okt. te hebben vernomen dat afgevaardigden namens de stad Emden en de stenden van Oost-Friesland buiten zijn medeweten HHM zouden verzoeken om iets geheims of openlijks tegen de keizerlijke troepen in Oost-Friesland te ondernemen. Indien dit gebeurt, dan worden de zaken van de graaf daarmee in uiterste verlegenheid gebracht. Hij hoopt dat HHM dit niet doen.
HHM zullen deze brief met Z.Exc. bespreken, waarbij ook de voornaamste zaken van die van Emden in acht moeten worden genomen.

3 Ambassadeur Joachimi heeft laten weten naar Amsterdam te willen terugkeren om enkele belangrijke zaken met de Heren Negentien te bespreken.
HHM geven hiervoor toestemming. Zij verzoeken hun afgevaardigden intussen de besprekingen over het reglement ter zee aangaande de Engelsen te willen voorbereiden, opdat deze bij terugkomst van Joachimi kunnen worden gehouden.

4 Pijnaecker verzoekt de volgende punten:
I Zijn declaratie te onderzoeken en te accepteren.
II Te gelasten dat hij zijn gage ontvangt.
III De thans in 's- Gravenhage aanwezige afgevaardigden van Emden te vragen hem terug te betalen wat hij op hun verzoek voor de vrijlating van enkele van hun inwoners in Algiers en Tunis heeft uitgegeven.
HHM manen hun afgevaardigden tot het onderzoek van de declaratie dit af te ronden. Verder moeten zij de suppliant gelasten aangaande zijn aanspraken op die van Emden een aparte memorie bij hen in te dienen.

5 In een memorie vraagt resident Schultetus om een gunstig besluit over zijn op 3 aug. ingediende propositie. Verder vraagt hij om hem 50.000 gld. vanwege een maand vervallen subsidie te laten betalen. Daarmee wil Schultetus het buskruit en de andere munitie betalen die voor zijn koning in Amsterdam zijn gekocht.
HHM zullen morgen de propositie en het antwoord op het voorstel van ambassadeur Rosecrans lezen. Op het tweede verzoek van Gunter kunnen zij niet ingaan.

6 Johan de Moor, burgemeester van Vlissingen, c.s. verzoeken HHM om ambassadeur Joachimi te gelasten bij baron Fauckland, viceroy van Ierland, - en elders waar het nodig is - namens HHM te regelen dat de supplianten zonder kosten of schade honderdtwintig kisten suiker, een aantal huiden, gember en Braziliaans hout terugkrijgen. Deze goederen zijn opgebracht uit een onder Durgarvan gelegen Spaanse bark, die kapitein Bartel Jansz. met het kaperschip De Eenhoorn van de onderdanen van de Spaanse koning heeft veroverd.
HHM stemmen in met het verzoek en geven het aan Joachimi.

7 In de vergadering worden twee vertalingen voorgelezen van uittreksels van door de courtmeester te Delft aan Engeland geschreven brieven. Deze benadelen de regering en de Republiek.
HHM vragen de courtmeester om morgen ter vergadering te verschijnen. Zij zullen hem ondervragen en zijn ongelijk aantonen. Ook zullen zij hem dan gelasten dergelijke berichten niet meer te sturen, anders zal men daarover namens de Republiek reageren en klagen bij de koning van Groot-Brittannië.

8 De binnengekomen ontvanger-generaal Doublet belooft morgen het overzicht tonen van de bijdragen van de provincies aan de voor betaling van de kapiteins op de binnenwateren bestemde 100.000 gld. HHM zullen hiermee volledig worden tevredengesteld.

9 De voormalige pachters van de konvooien en licenten verzoeken HHM te regelen dat zij met de Admiraliteit in Zeeland kunnen afrekenen en genoegdoening van dit College krijgen.
HHM geven het rekest aan de aanwezige afgevaardigden van de Admiraliteitscolleges. Zij moeten dit onderzoeken en vaststellen op welke voet met de supplianten kan worden afgerekend zodat hun klachten worden weggenomen.

10 Naar aanleiding van het bericht dat de WIC nog niet is tevredengesteld aangaande de quoten van enkele provincies in het door het land te investeren kapitaal schrijven HHM hun afgevaardigden bij de Heren Negentien. Zij moeten zich hierover nauwkeurig informeren en erover berichten.

11 Luitenant-admiraal Dorp bericht vanaf het schip Thetis d.d. 14 okt. dat alle schepen langs de kust door hun voorraad zullen zijn zodra de haringbuizen vanwege het seizoen van zee zijn gekomen. Verder meldt Dorp dat kapitein Van der Perre zich zonder zijn toestemming sinds 12 aug. niet meer langs de kust bevindt.
HHM geven de brief aan de aanwezige afgevaardigden van de Admiraliteitscolleges. Zij moeten deze onderzoeken en berichten wat er in deze zaak en met name ten aanzien van kapitein Van der Perre moet worden gedaan.

12 De Admiraliteit te Amsterdam verzoekt d.d. Amsterdam 30 sept. niet het maandsalaris te hoeven betalen van Jan Willemsz. Verschoor, die het land enige tijd als vice-admiraal op de vloot van L'Hermite heeft gediend. Verschoors voorganger stond immers niet op repartitie van het College.
Naar aanleiding van de nadere informatie van commies Verhaer laten HHM deze de zes maanden gage aan Verschoor betalen.