03 - 11 - 1629
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
Ontvangen is een brief met berichten van agent
Brederode d.d. Bazel 18 oktober.
Er wordt geen resolutie genomen.
2
De uitvoer van wapens en oorlogsmunitie door
Paul de Wilm voor de
koning van
Denemarken wordt
toegestaan, mits 's lands rechten worden betaald.
3
HHM lezen de memorie van
Willem Brasser en
Pauwels Nieustadt, raden
ter
Admiraliteit te Rotterdam, naar aanleiding van de verklaring van
de
ontvanger-generaal dat hij geen
geld heeft om
25.000 gld. te betalen die de Generaliteit aan subsidie voor dit
College
verschuldigd is. Hij had die gisteren moeten betalen. Dit
leidt
tot
verwarring in het College.
HHM machtigen de RvS deze som te betalen uit het eerste geld dat uit de provincies aan legerlasten binnenkomt.
4
Samuel van Diepenhem, cipier van de gevangenispoort te
Deventer,
wordt ordonnantie verleend van 284 gld. Dit bedrag is aldaar
uitgegeven aan eten
en
drinken voor
Claes Meynertsz.,
voormalig
muntmeester te
Huissen.
5
Het verzoek van de kanonniers om 7.000 gld. aan verdiend loon wordt ter beslissing gelaten van de RvS.
6
HHM lezen het verzoek van
Jan Swelinck, burger en plaatsnijder te Amsterdam, uit naam en vanwege
zijn broer
Henderick Swelinck, burger te
Keulen.
Deze wil enkele goederen uit deze landen zonder betaling van 's
lands
rechten de
Rijn stroomopwaarts brengen, ter
compensatie van de onherstelbare schade die hij bij de
verovering
van de stad
Wezel geleden heeft.
HHM kunnen hierop niet ingaan.
7
Het verzoek van
Mathijs Treurniet om betaling van 70.000 gld. die hij tegoed heeft aan
fortificatiewerken conform de ordonnanties, wordt ter
beslissing aan de RvS gelaten.
8
Kapitein
Jan Chamberly,
Jems Jucks,
Henrick
Bronchert en
Tomas
Brochtum onder het
regiment van kolonel
Morgan,
verzoeken in dienst
van HHM
te
mogen blijven.
HHM geven te kennen dat zij geduld moeten hebben
totdat
over het aanhouden of afdanken van dit regiment is
beslist.
9
Ontvangen is een brief van de
Gedeputeerde Staten van Utrecht
d.d. Utrecht 23 okt. o.s. met het verzoek om de
Grebbedijk - die ten dele voor de stad
Wageningen
door de aldaar gemaakte fortificatiewerken loopt - zo snel mogelijk
in de
oude
staat te herstellen, nog voordat de vijand met zijn troepen de
IJssel gepasseerd is.
Deze brief gaat naar de RvS om
Eck, die binnen Wageningen heeft gecommandeerd, over de inhoud
ervan te horen. Daarna moet de RvS beslissen met het behoud van de
provincie
Utrecht voor ogen.
10
HHM lezen het verzoek van
Symon Ghin, koopman te Amsterdam, dat wordt ondersteund door een brief
d.d. 27 okt. van
de
Admiraliteit te Amsterdam
. Ze
verzoeken
teruggave van de goederen waarvan Ghin door enkele groepen van het
garnizoen te
Wezel is beroofd.
HHM sturen dit verzoek naar
Cappelle en
Oenema, raden van State,
tegenwoordig
te Wezel of ingeval van hun afwezigheid aan
Dyden, gouverneur aldaar. Zij moeten
onderzoeken welke
soldaten de beroving hebben gepleegd en deze voor de
krijgsraad brengen. Ook moeten alle
mogelijke
middelen worden aangewend om de geroofde goederen terug te geven of
de waarde
ervan
aan de supplianten te vergoeden.
11
Ontvanger
Doublet verschijnt ter vergadering en verklaart desgevraagd geen
geld te hebben om aan
Wijnant de
Keyser de som
van
10.000 gld. te betalen in mindering op de 36.600 gld. waarop hij
volgens
de liquidatie recht heeft.
12
Hoewel ontvanger-generaal
Doublet daartoe gelast is excuseert hij zich voor de uitbetaling
van 600 gld. aan
George de Henin.
Hij heeft het
geld niet. Daarom wordt de akte die met dat doel op hem is
gedepêcheerd,
vernietigd.
Commies
Verhaer, ter vergadering geroepen, wordt opgedragen
George de Henin 600 gld. te betalen uit het
geld
van de paspoorten. Deze som zal later met hem worden verrekend,
mits
hij daarvan een kwitantie overlegt.
13
HHM horen het rapport van
Essen en andere gedeputeerden van HHM conform hun resoluties van
23 en 31 oktober. Zij hebben de beweegredenen en resoluties
onderzocht
die
door de gecommitteerden van de
Heren
Zeventien
zijn ingediend en mondeling zijn toegelicht.
Deze dienden als bewijs dat tijdens de laatste vergadering van de
Heren
Zeventien door contractatie de uit
Oost-Indië afkomstige goederen
wel
degelijk met
het
meeste voordeel voor
de Compagnie en de participanten verkocht zijn. De
openbare
veiling die door de klagende participanten uit
Zeeland is
voorgesteld, zou daarentegen voor de Compagnie niet uitvoerbaar,
zelfs schadelijk
zijn.
Ook
de mondelinge en schriftelijke
verklaring van de gecommitteerden van de
klagende
participanten is onderzocht. Daarin willen zij aantonen dat een
openbare
veiling voordeliger is voor de
Compagnie dan contractatie en dat de laatste door de
Heren
Zeventien te Amsterdam gehouden verkoop bij contractatie in
strijd is met het
octrooi en de
uitbreidingen daarop. De
goederen
die uit Oost-Indië in Zeeland zijn gearriveerd in de schepen
Campvere en
Vlissingen mogen van deze contractatie
geen deel uitmaken. De VOC zou de goederen voortaan niet meer door
middel van
contractatie, maar door middel van
openbare veilingen of taxaties moeten verkopen.
Na overleg en het wegen van de belangen van de provincie Zeeland op dit punt, besluiten HHM dat de laatste contractatie doorgang moet vinden. De Bewindhebbers van de
VOC ter Kamer Zeeland
moeten de partijen in de contractatie de gecontracteerde goederen leveren. De bewindhebbers ter vergadering van de Heren Zeventien mogen echter voortaan direct noch indirect en om welke reden dan ook participeren in de contractaties.
De gedeputeerden van Zeeland verklaren niet met deze resolutie akkoord te kunnen gaan. De contractatie is ondeugdelijk en druist in tegen het octrooi van de VOC en de artikelen van het reglement omdat verschillende leden van de Heren Zeventien in de contractatie participeren. Zij zullen hierover rapporteren aan hun
principalen
, zodat deze maatregelen kunnen treffen.
14
Harman Spies tho Schimperen, ambtman van de stadhouder van het Land van
Honsberg, ontvangt voor zijn huizen en heerlijkheden, inclusief
inwoners
en
hun familie, een sauvegarde tegen de overlast van dezerzijds
soldaten.