Nederlands-Indonesische betrekkingen 1950-1963

 
English | Nederlands

Gegevens van record 732

Nummer 732
Datum 13-2-1950
Soort codetelegram(men)
Kenmerk Hirschfeld 166
Opschrift/Bijlage(n)
Verzender(s) Hirschfeld, H.M. (info)
Ontvanger(s) Götzen, L. (info)
Plaats van opmaak Djakarta
Plaats van bestemming Den Haag
Bewaarplaats Nationaal Archief
Bestand archief Minkol., codetel. 1950
Dossiernummer 2
Trefwoorden opheffing/opzegging/sluiting
Verenigde Naties, UNCI/Milobs
Annotatie slotnoot:
Op 17 feb. gaf Götzen bij tel. no 105, mede namens Stikker, nog volgende reactie op dit telegram: 'Hoewel wij niet menen, dat van enig wezenlijk of zelfs belangrijk verschil van mening sprake is, geeft Uw 166 toch aanleiding tot verduidelijking van mijn 92, omdat de daarin wellicht te kort behandelde punten ons nog niet duidelijk zijn. Op 27 Januari vraagt UNCI of Nederland bereid is mede te werken aan gemeenschappelijke verklaring betreffende de punten onder A en B vermeld in Uw 141. Op 4 Februari is door Hatta en U een gemeenschappelijke verklaring onder meer over die punten gepubliceerd, waaruit de bereidheid door UNCI gevraagd duidelijk bleek. Reeds eerder hadden Hatta en U verklaard gecoördineerd te zullen optreden. In feite was dus naar wij meenden aan het verzoek van UNCI reeds volledig voldaan. Deze gedachtengang was de aanleiding tot mijn 92 en wij moeten bekennen, dat ons nog niet geheel duidelijk is waarom niet met een beleefde verwijzing naar en desnoods herhaling van het communiqué in antwoord aan UNCI kan worden volstaan. Uiteraard is ons zeer wel bekend, dat de situatie met betrekking tot UNCI thans gewijzigd is en wij van UNCI voordeel kunnen hebben. Het was dan ook geenszins de bedoeling UNCI te passeren. Wij meenden voorts, dat UNCI na instelling Contact-commissie en militaire sub-commissie reeds toezicht uitoefende op de uitvoering van de militaire overeenkomsten. Indien dit een misverstand is, vernemen wij zulks gaarne. Er bestaat kennelijk geen verschil van mening tussen U en de Regering over het feit, dat op dit ogenblik alleen observatie van juist genoemde overeenkomsten wenselijk voorkomt. NA, archief Minkol., codetel. 1950, 11.
      Op 23 feb. seinde Hirschfeld onder no 207 dat sinds de ontvangst van het 'memo van de UNCI' bijna een maand verstreken was, 'in welke tijd niet alleen evenbedoeld perscommuniqué is verschenen, doch bovendien 17 dezer is overgegaan tot vaststelling van instructies aan militaire waarnemers, waarin aan deze waarnemers in feite reeds opdracht tot waarneming wordt gegeven, waarom wij in de laatste alinea van ons antwoord hadden willen vragen. Deze instructies U luchtsgewijs toegezonden. Voorts is gebleken, dat RIS niet voornemens is harerzijds te antwoorden. Met het oog op deze inmiddels ingetreden ontwikkelingen zal ik beantwoording ook onzerzijds thans achterwege laten. Ik zou er slechts nog op willen wijzen, dat van de zijde van RIS en Australië streven merkbaar is om UNCI geleidelijk aan uit te schakelen en zo mogelijk na terugtrekking van de Ned. troepen geheel op te heffen en dat het mij in ons belang wenselijk lijkt tegen dit streven bij voorkomende gelegenheden in te gaan.' T.a.p.
Zie ook 727: Hirschfeld 141
731: Hirschfeld 161
PDF transcriptie (10 KB)