Nederlands-Indonesische betrekkingen 1950-1963

 
English | Nederlands

Gegevens van record 1328

Nummer 1328
Datum 24-10-1950
Soort codetelegram(men)
Kenmerk Van Maarseveen 349
Opschrift/Bijlage(n)
Verzender(s) Maarseveen, J.H. van (info)
Ontvanger(s) Lamping, A.Th. (info)
Plaats van opmaak Den Haag
Plaats van bestemming Djakarta
Bewaarplaats Nationaal Archief
Bestand archief Minkol., codetel. 1950
Dossiernummer 15
Trefwoorden NG-kwestie, algemeen (= conflict over de status van NG tussen Nederland en Indonesiƫ)
parlement, Indonesische -, delegaties/missies van het -
parlement, Nederlandse -
Annotatie inleidende noot:
Op 21 okt. had Lamping onder no SP 63 aan 'Van Maarseveen persoonlijk, mede voor Stikker persoonlijk' geseind: 'Referte Uw telegram 308 [recordnummer 2121]. Besprak hedenmorgen wederom met de minister van BZ kwestie van samenkomst van de parlementsleden. Ik gaf daarbij te kennen dat ook van Nederlandse kant voor een dergelijke samenkomst belangstelling bestond, en dat ik mij voorstelde de voorzitter van het parlement een bezoek te brengen.
Rum greep terug op onze vroegere gedachtenwisseling over de zaak en bracht in herinnering zijn mededeling van destijds dat van Indonesische zijde de parlementaire delegatie reeds was samengesteld. Zij zou op 28 dezer vertrekken, maar Rum had in overweging gegeven de definitieve datum nog even aan te houden, daar hij meende dat de besprekingen tot meer vruchtbaar resultaat zouden leiden wanneer de door de Ambonkwestie opgezweepte gemoederen zouden zijn gekalmeerd.
Hij gaf in overweging dat de voorzitter van het Indonesische parlement een brief zou schrijven aan dr. Kortenhorst waarop ik antwoordde dat ik wist dat de voorzitter van onze Tweede Kamer voor dergelijke gedachtenwisseling belangstelling had.
Rum vroeg mij toen aansnijden van deze kwestie van Indonesische zijde te laten uitgaan. Hij zou de voorzitter van het parlement over mijn voorgenomen bezoek inlichten en hem voorstellen mij een voorstel in zin van de vorige alinea te doen. Rum zei dat hij verheugd was dat nu initiatief eens van Indonesische zijde kwam daar men dikwijls ietwat huiverig stond tegenover een initiatief van Nederlandse zijde: 'Dit doet mij altijd een beetje terugdenken aan de oude verhouding tussen overheersers en overheersten' zei Rum. Ik antwoordde dat hij heel goed wist dat dit geenszins onze bedoeling was maar dat hij, als kenner van de Nederlanders, ook wist dat het hier een uitvloeisel gold van ons verlangen naar orde en regelmaat. Deze uitlating van Rum versterkt mij in de gedachtengang neergelegd in mijn 62. Ik zal U van het resultaat van mijn gesprek met de voorzitter van het parlement dat ik tegen midden van de volgende week verwacht, op de hoogte houden.' NA, archief Minkol., codetel. 1950, 16.
Zie ook 1428: Lamping SP 68
2121: Van Maarseveen 308
PDF afbeelding (284 KB)