Gegevens van record 3313
| Nummer | 3313 |
|---|---|
| Datum | 24-1-1952 |
| Soort | codetelegram(men) |
| Kenmerk | Van Roijen 761 |
| Opschrift/Bijlage(n) | |
| Verzender(s) |
Roijen, J.H. van
(info)
|
| Ontvanger(s) |
Stikker, D.U.
(info)
|
| Plaats van opmaak |
Washington |
| Plaats van bestemming |
Den Haag |
| Bewaarplaats | Nationaal Archief |
| Bestand | archief Minkol., codetel. 1952 |
| Dossiernummer | 14 |
| Trefwoorden |
Acheson, Dean G., US Secretary of State '49-'52 Amerika, houding/positie van - Drees, W.* EDG, Europese Defensie Gemeenschap Gilchrist, eerste secretaris van de Australische ambassade te Djakarta, lid van de UNCI Matthews, H. Freeman, ambassadeur van de VS te Den Haag '53-'57 NG-kwestie, ijskastpolitiek met betrekking tot de pers/publieke opinie, Amerikaanse Scott, Joe W., Officer Swiss/Benelux Affairs St. Dept. |
| Annotatie |
noot bij Perkins op p. 1: George W. Perkins, Assistant Secretary of State for European Affairs van het State Department tot jan. 1953. slotnoot: Op 7 feb. seinde Lamping onder no 360 aan de 'Minister en Secretaris-Generaal persoonlijk', de volgende reactie op dit telegram: 'Dit telegram van hedenochtend geeft mij aanleiding mede te delen, dat ik eergisteravond met de Australische Zaakgelastigde zeer vertrouwelijk over de Nieuw-Guineakwestie sprak. Ik uitte mijn waardering voor de aandrang van Canberra op Washington om ons te steunen in 'cold storage' van het Nieuw-Guineavraagstuk. 'Maar met welk resultaat?' antwoordde Gilchrist 'ik heb er niets van gemerkt.' Dezelfde reactie derhalve als van Cochran - - -. Deze uitlating van de Australiër, alsmede het slot van het telegram van Van Roijen lijkt mij een bevestiging van mijn U bekende opvatting inzake de houding van Australië zowel als van Amerika. Australië handhaaft zijn trommelvuur op Washington; stelt er prijs op dat wij hiervan op de hoogte worden gehouden, maar Amerika wijkt niet af van zijn politiek om op de RI geen druk inzake cold storage uit te oefenen wanneer het weet daarmede de RI onaangenaam te zijn. Toch kan ik mij een situatie indenken waarin Amerika zich tegenover de RI voorstander zou verklaren van de ijskastpolitiek. Hoewel de mogelijkheid hiervan op het ogenblik zeer ver verwijderd lijkt, acht ik het niet imaginair dat de RI, merkend dat het huidige Nederlandse Kabinet onder geen omstandigheden inzake Nieuw-Guinea zal toegeven - de RI is hiervan langzamerhand mijns inziens wel overtuigd -, na veel diplomatiek misbaar zich tenslotte genadiglijk bereid zou hebben verklaard. De RI zou dan kunnen overwegen dat één vogel in de hand beter is dan tien in de lucht. Nieuw-Guinea zou dan wel later - bij een nieuw Nederlands Kabinet - aan de orde gesteld worden en dan zou Nederland, de Unieconcessies weggegeven. Als Amerika dan zijn voorkeur voor een cold-storage-politiek zou manifesteren, zou dit de Indonesische Regering alleen maar steun in de rug geven. Subardjo zou dan binnenskamers op Amerikaanse 'druk' kunnen wijzen en de publieke opinie zou gerustgesteld kunnen worden met een verwijzing naar het bereikte Uniesucces.' Archief BZ, ingekomen codetel. Djakarta 1952. |
| Zie ook | |
| transcriptie (58 KB) |