Brevet, Frederik Jacobus (1893-1983)

 
English | Nederlands

BREVET, Frederik Jacobus (1893-1983)

Brevet, Frederik Jacobus, zakenman en letterkundige ('s-Gravenhage 4-7-1893 - Rotterdam 25-1-1983). Zoon van Willem Karel Brevet, commissionair in effecten, en Maria Henriette Pleijsier. Gehuwd op 19-9-1918 met Gerritdina Johanna Hoetink. Uit dit huwelijk werden geen kinderen geboren. afbeelding van Brevet, Frederik Jacobus

Brevet ging na het eindexamen Gymnasium Haganum in 1911 rechten studeren in Leiden, waar hij in 1916 op stellingen promoveerde. Aanvankelijk was hij werkzaam in de advocatuur (1917/1918) en daarna in de bankwereld. In 1923 aanvaardde hij een andere positie in het geldwezen door zijn aanstelling tot secretaris van de Vereeniging van Effectenhandelaren te Rotterdam. Een jaar later trad hij in dezelfde stad op in de vertrouwenspositie van directeur van het Algemeen Administratie- en Trustkantoor. In 1969 trok hij zich terug uit deze instelling, waarvan hij intussen president-commissaris was geworden.

Dat hij veelzijdiger was dan deze werkzaamheid in de materiële sfeer doet vermoeden, bleek na de oorlog uit zijn optreden als quaestor-generaal van de Nederlandse Hervormde Kerk. Daarmee bouwde hij voort op zijn bemoeienis als leider van bijbelkringen en als organisator van koffietafels, die kopstukken van het internationale geestelijke leven wist te bewegen tot een bezoek en tot het houden van een speech. In deze sfeer toonde hij zijn letterkundige aanleg door tientallen jaren (tot in 1982) de jaarlijkse Paasgroeten voor medewerkers in binnen- en buitenland van het Moderamen van de Generale Synode der Nederlandse Hervormde Kerk te redigeren. Naast vertalingen uit bijbelgedeelten benutte hij daarvoor teksten van kerkvaders, pausen, Abélard, Thomas van Aquino, Theresia van Avila en anderen. In dezelfde richting lagen de Jaargroeten voor het Studiefonds van zijn kerkgenootschap, die hij regelmatig deed uitgaan namens de commissie voor Theologisch Hoger Onderwijs. Daarnaast ging zijn liefde uit naar de klassieke letterkunde. In 1958 publiceerde hij een vertaling van zestien oden en een epode van Horatius. In 1966 volgde een veelzijdiger bundel. Mozaïek, waarin hij, naast meer vertalingen van Horatius, ook zijn belangstelling richtte op Catullus, op een aantal Carmina Burana, op de Griekse dichter Meleager en voorts ook eigen dichtwerk van religieuze aard opnam. In 1978 verscheen nog een vertaling van alle 103 oden van Horatius. Ook schreef hij van 1952 af tot het einde van zijn leven een groot aantal artikelen in het maandblad voor de antieke cultuur Hermeneus.

Belangstelling voor de penningkunst kwam aan de dag bij vele publikaties in het Rotterdams Jaarboekje, waarvan vooral zijn opstellen tussen 1958 en 1982 over verschillende Rotterdamse penningen waardevol waren. Op zijn initiatief werd de Laurenspenning ingesteld, die bestemd was te worden uitgereikt aan hen die zich verdienstelijk maakten door hun artistieke prestatie - vorm gevende aan, of in beeld brengende wat de 'geestelijke waarde' in onze samenleving is, of het verzet tegen wat die geestelijke waarde bedreigt. In de eerste plaats gold voor hem als zodanig 'geloofsgehoorzaamheid'. Meermalen gaf hij ook aanwijzingen met betrekking tot andere penningen. Hij richtte eveneens zijn aandacht op de schilderkunst, vooral het werk van de Rotterdamse schilder Hendrik Chabot. Door zijn bemiddeling ontving in 1953 de verwoeste stad Rotterdam het beroemde beeld van Zadkine ten geschenke. Ook was hij medegangmaker voor de bouw van de uit 'de puin' opgetrokken noodschouwburg van deze stad. Op deze wijze nam Brevet in menig opzicht een plaats in bij kunstuitingen in het openbare leven. Deze kant van zijn activiteit werd anderzijds niet bevorderd door een vrij vergaande openhartigheid in de omgang, die niet algemeen gewaardeerd werd. Desondanks vond de Rotterdamse Kunststichting ten volle aanleiding hem te begiftigen met de Penning van de Maze (1966), en in 1977 ontving hij namens het Prins Bernhardfonds de Zilveren Anjer.

P: Voornaamste publikaties in onder L genoemd artikel van W.F. Lichtenauer.

L: W.F. Lichtenauer, in Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde te Leiden 1982-1983. Levensberichten 34-39; A.J. Teychiné Stakenburg, 'Mr. Frederik Jacobus Brevet, 1893 - 1983', in Rotterdams Jaarboekje 9e reeks 2 (1984) 160-165.

I: Rotterdams Jaarboekje 9e reeks 2 (1984) 165.

W.F. Lichtenauer †


Bovenstaande biografie weerspiegelt de stand van het onderzoek tot aan het jaar van publicatie in het gedrukte deel van het BWN. Dit jaar is hieronder weergegeven. Alle daarna verschenen literatuur is niet in de tekst verwerkt en wordt evenmin vermeld in de literatuuropgave (onder L).

Oorspronkelijke versie opgenomen in: Biografisch Woordenboek van Nederland 3 (Den Haag 1989)
Laatst gewijzigd op 12-11-2013