Dagboeken

 
English | Nederlands

dagboekcahier 5

19/10/1915

dinsdag 19 october 1915

Het is beslist, eindelijk! Gisterenavond bevatte de Staatscourant de benoeming van mr. Van Blom, hoogleeraar te Delft, tot hoogleeraar in de staathuishoudkunde en de statistiek te Leiden. Goddank, dat’t wachten uit is! Het zijn een nare vier maanden die ik heb doorgemaakt aldoor in de onzekerheid: wat zal ’t worden? … Ik wist zelf niet wat ik moest wenschen. Er was veel voor, maar ook veel tegen. Elken dag heb ik gebeden voor een oplossing die voor de katholieke zaak de beste was. Welnu, ik mag wel aannemen, dat dit gebed is verhoord. ’t Is beter dat ik in de Kamer blijf. Voor de katholieken is ’t goed dat ze zien, hoe wij zelfs van een hoogstaand liberaal als mr. Cort van der Linden is geen volle gelijkberechtiging kunnen krijgen. Leidens universiteit is behoed voor de ramp van een katholieken professor!

            Om één ding was ik werkelijk boos:  dat ik dit bericht in de krant moest lezen, zonder eenige kennisgeving ontvangen te hebben. Dit is me van Cort tegengevallen. Ook mr. Loeff was boos dat hij evenmin eenig bericht ontvangen had. Het viel hem, geloof ik, meer tegen dan mij. Hij rekende er de laatste weken vast op dat ik benoemd zou worden. ’t Is niet geschied, met nieuwen moed neem ik mijn oude werk weer op. Het heeft de laatste maanden zeer onder ’t afwachten geleden. Dus nu de schade weer ingehaald.

            Ik las dezer dagen in Spahn’s boek over Bismarck dit uit een brief van hem: ‘Ich bin Gottes Soldat und wo er mich hinschickt, da musz ich hingehen, und ich glaube, dasz er mich schickt und mein Leben zuschickt, wie er es braucht … Was Gott tut, das ist wohlgetan, damit lasz uns in die Sache hineingehen.’ Dat is geheel nauwkeurig de stemming, waarin ik het bericht vernam. Het is een troost: ik ben gepasseerd alleen omdat ik katholiek ben. Daar moet ik God voor danken.

uit: Dagboek V (28 augustus 1904-18 october 1915)