Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
Samenvatting
Memo (no. 149/62) Meijer aan DGES en S.

In tegenstelling tot andere landen, lijkt de Nederlandse regering weinig inspanning te verrichten om het regeringsstandpunt bij de diverse Europarlementariërs kenbaar te maken en toe te lichten. Patijn heeft zich erover beklaagd dat hij voor informatie meer aangewezen is op zijn persoonlijke contacten met Spaak, Von Merkatz en Couve de Murville, dan op Buitenlandse Zaken. Ook Marijnen en De Pous zouden in de ministerraad verzuchtingen hebben gemaakt over de uitholling van de parlementaire controle op het regeringsbeleid bij voortschrijding van de ontwikkeling van de Europese Gemeenschappen. Meijer wil een lans breken dit punt in de toekomst beter op te pakken. DGES Hartogh steunt dit idee. Tuyll verwijst naar Luns' Memorie van Antwoord op het Voorlopig Verslag van de Tweede Kamer (aldaar vraag 5).