Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
S00070
22-05-1950
Actoren
Notulen Ministerraad
Samenvatting
4e. Europese Betalingsunie.
Stikker deelt mee dat de betalingsunie na het overwinnen van veel misverstanden met Engeland en Amerika nu snel tot stand kan komen, wat een grote stap vooruit kan betekenen.
4f. Economische samenwerking tussen West-Europa en de Verenigde Staten en Canada.
Stikker merkt op dat de totstandkoming van de EBU samenhangt met het vraagstuk van de samenwerking op economisch terrein tussen de westerse mogendheden. In de OEEC is besproken dat de VS en Canada bij de werkzaamheden zullen worden betrokken. Voorts is er in Londen gesproken over deze samenwerking i.h.k.v. het Atlantisch Pact. Spreker heeft zich hiertegen verzet aangezien de economische organisatie in Parijs reeds bestaat, zodat het onverstandig is om in Londen een nieuwe organisatie op te zetten. Besloten is, dat in Parijs zal worden nagegaan op welke wijze na afloop van het Marshall-plan de economische samenwerking kan worden voortgezet. Hij acht ook de inschakeling van de VS en Canada van grote betekenis. De Raad gaat hiermee akkoord.