Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
S00323
14-11-1955
Samenvatting
3d./23. De Europese integratie.
Beyen deelt mee dat Spaak besloten heeft de behandeling van het eindrapport van de studieconferentie te Brussel uit te stellen tot midden januari i.v.m. de Franse verkiezingen. T.a.v. het institutionele aspect zal ment bij de verdediging van van wat men van Nederlandse zijde voor ogen stond grote moeilijkheden ontmoeten, maar men zal zeker het Benelux-standpunt kunnen volhouden. Op de studieconferentie te Brussel is men het eens geworden over de noodzaak van geleidelijke invoering van een gemeenschappelijke markt en men is het er ook over eens dat dit niet zonder veel overgangsmaatregelen mogelijk is. Beyen meent dat als men het niet eens wordt over een aanvaardbaar centraal orgaan, dan zal Nederland als standpunt innemen dat er dan geen reden is om binnen de groep van zes landen te blijven. Als Frankrijk en Duitsland op zoek gaan naar een schijnoplossing, dan zal men serieus moeten overwegen een band aan te gaan in breder verband met Engeland erbij.
Zie ook