Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
S00843
20-09-1956
Samenvatting
Weekbericht no. 8 (17-20 sept. 1956)
Italië bracht in de delegatiehoofdenbijeenkomst naar voren dat harmonisatie een uitvloeisel moest zijn van de gemeenschappelijke markt en geen voorwaarde. Bovendien diende liberalisatie van goederen, kapitaal, diensten en personenverkeer gelijktijdig plaats te vinden. Frankrijk stelde het harmonisatieprobleem, de algehele uitzonderingsclausule en het tijdstip van inwerkingtreding aan de orde. De andere vertegenwoordigers gaven uiting aan hun aarzelingen. Spaak constateerde dat er sprake was van een onoverbrugbare kloof en zou een notitie voor de ministersconferentie gaan voorbereiden.
IN de werkgroep voor de gemeenschappelijke markt stonden de vervoersartikelen op de agenda, voorts de handelspolitiek.