Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
S01050
13-01-1956
Actoren
Brief en verslag
Samenvatting
Verslag van de informele besprekingen te Brussel op 11 januari (over landbouw) en 12 januari 1956 (algemeen)..
Op 11 januari werd gesproken over werkdocument 5 (bijgevoegd). Van Nederlandse zijde werd het stuk omschreven als duidelijk en goed, maar men miste nog een sterke uiteenzetting van het verband tussen de agrarische en andere problemen van de gemeenschappelijke markt. Deze relatie ontbrak in de zgn Pool Vert-besprekingen in 1952-54. Gewezen werd op de uitstroom van overtollig geworden werkers in de landbouw naar andere sectoren van het bedrijfsleven. Het Verdrag zal geen regelingen per product moeten bevatten, maar principes, procedures en termijnen. De Nederlandse regering had bij monde van zijn landbouwminister steeds gepleit voor een Europese landbouwpolitiek, niet als commerciële afspraken, maar als structurele hervorming. De dreiging af te glijden naar protectionistische productafspraken is echter nog steeds aanwezig, luidt de conclusie.
Aan het eind van het algemene gesprek op 12 januari liet Von der Groeben aan Homan weten dat in de Duitse optiek de douaneunie en de atoomregeling nauw samenhangen. Het één zonder het ander heeft weinig zin.