Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
S01401
10-04-1961
Samenvatting
2398.
1. Het bepalen van de houding van de Nederlandse regering t.o.v. de plannen van De Gaulle zal uitermate moeilijk zijn. Fock meent dat de regering voor het belangrijkste besluit sinds 1940 staat.
4. Gezien de buitengewoon grote verantwoordelijkheid die de regering op zich neemt door hetzij in te gaan op de plannen van DeGaulle, hetzij deze te verwerpen op een moment, dat zij wellicht reeds weet of met vrij grote zekerheid zal moeten aannemen, dat kort daarna een kabinet zal moeten aftreden, acht Fock de beslissing over de Europese zaak van zeer groot belang. De regering zou alleen dan een beslissing moeten nemen, indien de kinderbijslagwet niet tot een kabinetscrisis zal hebben geleid.
De ministerraad van 17 april zou moeten besluiten
a) om geen standpunt over de kwestie te bepalen voordat zekerheid is verkregen over het verloop van de kinderbijslagvoorstellen.
B) om indien de kinderbijslagvoorstellen tot aftreden van het kabinet zullen leiden, de besluitvorming over de Europese zaak uit te stellen en over te laten aan een nieuw te vormen kabinet.