Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
S01406
3-8-1961
Actoren
Brief en verslag
Samenvatting
Verslag zitting Raden EEG en Euratom, 24 en 25 juli 1961.
Besproken werd het Nederlandse fusievoorstel. Frankrijk meent dat alleen een werkelijk bevredigende oplossing is te vinden in de fusie van de Gemeenschappen zelf. Dit is een ingewikkeld probleem en ook nog niet urgent. Luns meent dat men altijd wel kan twijfelen aan de opportuniteit van een initiatief. Belangrijker is om de gedachtenwisseling over het fusievoorstel de vrije loop te laten. Spaak meent dat het niet het goede moment is gezien de mogelijke toetreding van Engeland. Luns achtte het echter onjuist om een procedureel besluit daarom uit te stellen. Bovendien is het geen besluit tot fusie maar slechts het vragen van advies.
Besloten werd over de adviesverlening door het Europees parlement te stemmen. Nederland bracht het oorspronkelijke voorstel in stemming. Het werd aangenomen met vier stemmen voor, terwijk Luxemburg en Frankrijk zich onthielden.
Voorts vond een uitvoerige gedachtenwisseling plaats over de toekomstige betrekkingen tussen de geassocieerde Afrikaanse gebieden. Marijnen stelde dat Nederland als doel stelt om de Afrikaanse gebieden behalve politieke ook economische zelfstandigheid te verlenen. Het is niet de bedoeling de economische afhankelijkheid van Franrkijk te vervangen door een afhankelijkheid van de EEG en er moet voor worden gewaakt dat Afrika niet verdeeld wordt langs de lijnen van de voormalige economische landkaart.
Tenslotte werd gesproken over de associatie van Turkije.