Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
S01418
06-12-1963
Actoren
Brief en verslag
Samenvatting
Raad van Ministers EEG op 12, 13 en 14 november 1963.
Hoofdpunt vormde een algemene discussie over het rapport van de Commissie over de uitvoering van bestaande landbouwreglementen.
Mansholt meende dat het te vroeg is om conclusies te trekken over de invloed van de reglementen op de handel en productie van landbouwproducten, alsmede de marktordeningspolitiek. Voorts is duidelijk gebleken hoe belangrijk het was dat aan de Commissie ruime bevoegdheid is gelaten voor uitvoeringsbesluiten. Lahr herhaalde de kern van zijn verklaring van 15 okt dat het gemeenschappelijk landbouwbeleid rekening moet houden met drie aspecten, nl. A) bescherming van de eigen producenten, b) ontwikkeling van de handel in de gemeenschap en c) ontwikkeling van de handel met derde landen.
Mansholt bestreed dat het tempo van de Commissie te hoog zou zijn. Ook Biesheuvel meent dat het tempo niet te hoog is, maar ver achterloopt bij de industrie wat betreft de mate van afbraak der handelsbelemmeringen, welke de enige maatstaf is voor het totstandkomen van de gemeenschappelijke markt. Biesheuvel ondersteepte dat de zin van het EEG-verdrag en het GLB was en moest zijn een volledige openheid tussen de lidstaten door te voeren.