Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
S01838
29-09-1959
Samenvatting
1761. Bijeenkomsten vakministers in EEG-verband.
De verhouding tussen de Commissie en de Raad is niet zo, als hij zou moeten zijn. Enerzijds geeft de Commissie tegenover de Raad lang niet zo'n uitvoerige opening van zaken als tegenover het Europees Parlement. Anderzijds bespreekt de Raad ook niet de ideeën, voorstellen en plannen van de Commissie zo uitvoerig als het Europees Parlement doet. Veel werk wordt gemaakt van vooroverleg met nationale ambtenaren en met de PV's. In bepaalde gevallen, zoals door Mansholt, werd overlegd met vakministers. Dit soort vakoverleg zal steeds meer toenemen. Hiermee dreigt echter de coördinerende rol van Buitenlandse Zaken onder druk te komen. Gezien het technische karakter van vele onderwerpen is het echter niet reëel om te veronderstellen, dat al deze onderwerpen kunnen worden besproken door de ministers van Buitenlandse Zaken. Meer en meer zullen de vakministers hierbij een rol spelen. Kymmell meent dat men deze ontwikkeling niet kan tegenhouden. Wel moet ervoor worden gezorgd dat de samenhang en de coördinerende taak van BuZa niet verloren gaat.