S02042
13-03-1972
Actoren
Conclusies met bijlage
Samenvatting
Conclusies Coördinatiecommissie, 13 maart 1972.
EEG en Ontwikkelingssamenwerking.
Men stemde in met het uitgangspunt van de wenselijkheid dat de Gemeenschap op OS-gebied een rol gaat vervullen. Centraal hierbij staat het besef dat de instrumenten voor dit beleid steeds meer op communautair niveau zijn komen te liggen en dat derhalve een strakke begrenzing tussen de nationale en communautaire competenties zonder wezenlijke betekenis is.
De richtsnoeren zijn vastegelegd in de bijlage waarin het regeringsstandpunt wordt geformuleerd (bijgevoegd). Hierin o.a.
- De EEG moet zich intensief gaan bezighouden met OS, o.a. omdat de EEG op het gebied van handelspolitiek en landbouwbeleid taken van de Europese nationale overheden heeft overgenomen en de EEG een belangrijke economische positie in de wereld heeft.
- De EEG moet zo actief mogelijk bijdragen aan de realisatie van de in de VN aanvaarde ontwikkelings-strategie.
Verschil van inzicht was er over de vraag of Nederland reeds in het huidige stadium de opvatting naar voren moet brengen dat de tariefpreferenties voor de Afrikaanse geassocieerde landen binnen kortere of langere tijd dienen te verdwijnen.
EEG en Ontwikkelingssamenwerking.
Men stemde in met het uitgangspunt van de wenselijkheid dat de Gemeenschap op OS-gebied een rol gaat vervullen. Centraal hierbij staat het besef dat de instrumenten voor dit beleid steeds meer op communautair niveau zijn komen te liggen en dat derhalve een strakke begrenzing tussen de nationale en communautaire competenties zonder wezenlijke betekenis is.
De richtsnoeren zijn vastegelegd in de bijlage waarin het regeringsstandpunt wordt geformuleerd (bijgevoegd). Hierin o.a.
- De EEG moet zich intensief gaan bezighouden met OS, o.a. omdat de EEG op het gebied van handelspolitiek en landbouwbeleid taken van de Europese nationale overheden heeft overgenomen en de EEG een belangrijke economische positie in de wereld heeft.
- De EEG moet zo actief mogelijk bijdragen aan de realisatie van de in de VN aanvaarde ontwikkelings-strategie.
Verschil van inzicht was er over de vraag of Nederland reeds in het huidige stadium de opvatting naar voren moet brengen dat de tariefpreferenties voor de Afrikaanse geassocieerde landen binnen kortere of langere tijd dienen te verdwijnen.