Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
S02246
25-04-1969
Actoren
Memorandum
Samenvatting
45. Europese conferentie.
Er wordt thans een ontwerp-resolutie opgesteld, die aan de betrokken landen kan worden voorgelegd, met het doel deze te aanvaarden voordat een conferentie wordt bijeengeroepen.
Luns zou in Parijs kunnen melden dat hij n.a.v. de resolutie van het Europees Parlementair Congres van nov. 1968 in het Nederlandse parlement heeft toegezegd te trachten de resolutie enig leven in te blazen.
De eerste reacties van de meeste landen waren positief, enkel Frankrijk en het VK waren negatief. Na ontvangst van de reacties staat Nederland voor de keuze om 1) de pogingen om een Europese conferentie tot stand te brengen te staken, 2) te trachten een bijeenkomst te beleggen van de EEG-landen en de vier kandidaat-leden, 3) te trachten een gemeenschappelijke noemer te vinden, op basis waarvan het mogelijk zou zijn alle gesondeerde landen te doen participeren.
Luns heeft voor het laatste gekozen, in de hoop en verwachting dat de Franse regering zich niet afzijdig wil houden van deze poging om uit de bestaande politieke impasse te geraken.
De Nederlandse regering meent dat het Benelux-memorandum de beste mogelijkheden biedt om, zolang de uitbreiding van de EG niet kan worden verwezenlijkt, tot nauwere samenwerking met de kandidaat-leden te komen.
Zie ook