Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
S02291
12-02-1971
Actoren
codebericht
Samenvatting
15. Economische en monetaire unie.
Het akkoord van 9/2 in de EEG-Raad is op zichzelf van belang als kleine concrete stap op weg naar de EMU. Het geeft echter geen garantie dat de EMU er zal komen. De aanvaarde resolutie noemt de terreinen waarop het gemeenschappelijk beleid in de eindfase betrekking zal hebben, nl. monetaire en kredietpolitiek binnen de unie, externe monetaire politiek, het beleid t.o.v. de gemeenschappelijke kapitaalmarkt en het kapitaalverkeer met derde landen, hoofdelementen van de begrotingspolitiek en de maatregelen van structurele en regionale aard.
Naar de Nederlandse opvatting zal verdragswijziging nodig zijn. De Duitse delegatie heeft, krachtig gesteund door Nederland een 'guillotine-clausule' bedongen. Volgens deze clausule zullen de tijdens de eerste fase te nemen monetaire maatregelen (verkleining wisselkoersmarges, mechanisme voor onderlinge financiƫle steun en evt een gemeenschappelijk reservefonds) vervallen indien niet binnen vijf jaar overeenstemming wordt bereikt over de overgang naar de tweede fase. Verwacht mag worden dat de clausule een pressiemiddel zal zijn voor het bedingen van verdragswijzigingen tot versterking van de communautaire bevoegdheden voor overgang naar de tweede etappe.