Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
S02787
09-1973
Samenvatting
Nota van de Nederlandse regering inzake het Commissievoorstel tot instelling in het kader van het toekomstige associatieverband van een mechanisme tot stabilisatie van exportopbrengsten van basisprodukten.
1. Concretisering vd inhoud van Protocol 22 vh Toetredingsverdrag mag niet in strijd komen met de desiderata in het samenwerkingsbeleid met ontwikkelingslanden.
2. De Commissie heeft getracht op evenwichtige wijze rekening te houden met enerzijds de belangen van alle ontwikkelingslanden en anderzijds de belangen vd landen die lid zijn of zullen worden vd associatie..
3. De Nederlandse regering is evenwel van mening dat het voorgesteld mechanisme niet de geeigende oplossing is. A) de regeling is strijdig met het non-discriminatiebeginsel, b) het scheppen van een beschermde EEG-markt verkleint het overblijvende vrije deel vd wereldmarkt, waarop de wereldmarktprijs tot stand moet komen, c) het voorgestelde systeem is in strijd met de algemene UNCTAD-filosofie.
4. Bovendien zal het door de Commissie voorgestelde mechanisme als instrument van OS te weinig gedifferentieerd werken om steeds een passend antwoord te bieden op de gesignaleerde problemen.
5. De Nederlandse regering acht het ongewenst dat het Commissievoorstel wordt ingebracht in het komende overleg over de inhoud van toekomstige associatieverbanden.
6. Voorzieningen ihkv de toekomstige associatie moeten niet als kenmerk hebben het garanderen van een min of meer constante opbrengst van bepaalde onderdelen van het exportpakket vd betrokken landen, maar het verschaffen van addditionele zekerheid dat de tenuitvoerlegging vd voorgenomen ontwikkelingsprogramma's van deze landen niet ernstig wordt verstoord.