Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
S03021
16-02-1976
Actoren
Memorandum
Samenvatting
Europese Unie.
Spierenburg biedt een samenvatting van de beschouwingen aan die zijn adviescommissie heeft gewijd aan de kritiek op haar rapport. Tevens werd een eerste discussie gewijd aan het rapport-Tindemans. De Cie-Spierenburg blijft bij haar oordeel dat de door haar in het rapport gevolgde benadering juist en verantwoord is.
- Het probleem van structurele werkloosheid kan niet worden opgelost door een beleid van overbesteding. Wel moeten landen met onderbesteding worden aangemoedigd.
- Het idee van een parallele munt wordt uitsluitend naar voren gebracht door diegenen die een monetaire unie afwijzen en een positieve geste willen doen om hun negatieve houding te maskeren.
- Het rapport Tindemans stelt terecht dat een onvoltooid gebouw de tand des tijds niet kan doorstaan en het verworvene dreigt verloren te gaan als er niet een belangrijke stap vooruit wordt gezet. Met de benadering van problemen en sommige oplossingen kan Spierenburg niet instemmen. De Europese Raad dient het besluit te nemen over onderhandelingen over de vorming van een EMU en de inhoud die daaraan op sociaal en economisch terrein wordt gegeven. De hoofdlijnen van het Werner-rapport moeten uitgangspunt zijn.
- T.a.v. de toetreding van economisch zwakke Middenlandse Zee-landen stelt Spierenburg dat dit kan leiden tot de desintegratie van de Gemeenschap. Volgens hem is er onvoldoende rekening gehouden met de ernstige gevolgen voor het toekomstig functioneren van de EG.
- De vorming van een directoire van grote landen is onaanvaardbaar.
- De regering kan het rapport-Tindemans aanvaarden als basis voor discussie, maar plaatst wel kanttekeningen t.a.v. het gemeenschappelijk buitenlands beleid, de relatie EU-NAVO en de EMU.
Zie ook