Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
Samenvatting
3. Voorbereiding van de vergadering van de Europese Raad van 1 en 2 december 1980.
- De eerste vraag is of Nederland moet pleiten voor een gecombineerde Raadszitting van de ministers van EZ, Financiën en SoZa. SoZa is voor, maar EZ en Fin. twijfelen. De gedachte voor deze zitting kwam voort uit overleg met de vakbeweging, die klaagde over het ontbreken van een gecoördineerde aanpak van de werkgelegenheidsproblematiek. Geconcludeerd wordt dat de delegatie zal pleiten voor een geïntegreerd financieel-economisch-sociaal beleid ter bestrijding van de werkloosheid en dat de Commissie een document zal voorbereiden voor een gecombineerde Raadszitting.
- Oprichting EG-Bureau voor Economisch Onderzoek. Nederland zal geen initiatief daartoe nemen, maar zich niet tegen eventuele initiatieven van andere delegaties verzetten.
- Energie. Van Aardenne deelt mee dat tijdens de energieraad van 27 nov. overeenstemming is bereikt over de wenselijkheid van beheersing van de oliemarkt. In de verklaring staat dat dat het uiterste moet worden gedaan om nieuwe spanningen te vermijden. Conclusie is dat geen verdere bespreking tijdens de ER nodig is.
- EMS. De conclusie van de CoCo wordt aanvaard met de aantekening dat de delegatie niet zal vragen om een tussentijdse evaluatie van de studie over de instutionele voorzieningen verbonden aan een toekomstig Europees Monetair Fonds.