Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
Samenvatting
3. Beheersing van de EG-begroting.
Financiƫn heeft hierover een notitie opgesteld. Van Eekelen wijst erop dat Nederland de in deze notitie verwerkte denkbeelden al eerder zonder succes heeft gelanceerd. Hij vreest dat door het nationaal vaststellen van de begrotingsruimte er weinig ruimte zal overblijven voor nieuw beleid, waardoor de positie van de Commissie zal worden uitgehold.
Van Aardenne is het eens met elke poging om de EG-begroting beter in de vingers te krijgen, maar meent ook dat rekening moet worden gehouden met de niet-budgettaire voor- en nadelen van het EG-lidmaatschap. Rutten verwacht dat een nieuw initiatief om tot een betere begrotingsdiscipline te komen in Brussel positief zal worden ontvangen. Lubbers merkt op dat het niet onnuttig is de haan driemaal te laten kraaien. De CoCo-conclusies worden aanvaard onder aantekening dat Financiƫn in overleg met BuZa een ontwerp-interventie voor de Europese Raad zal opstellen en dat in nader interdepartentaal overleg zal worden nagegaan welke onderdelen van de Nederlandse begroting zich lenen voor communautarisering.