Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
Samenvatting
3. Voorbereiding Gymnich-overleg op 18 en 19 februari 1984. b) Europees Vervoersbeleid.
Van Eekelen vestigt de aandacht op het idee van de minister van V&W om de minister-president een brief te laten schrijven aan zijn collegae in de Europese Raad om het belang te onderstrepen dat Nederland hecht aan een spoedige voortgang bij het bereiken van liberalisering van het Europese wegvervoer. Het voorstel van de CoCo is dat minister Van den Broek tijdens het Gymnich-overleg zal aftasten of het doenlijk is om tijdens de ER van maart het transportbeleid ter sprake te brengen. Indien duidelijk wordt dat hiervoor geen ruimte is, dan kan opnieuw worden bezien of een dergelijke brief kan worden verstuurd. Winsemius heeft er bezwaar tegen etikettering van het transportbeleid als nieuw beleid. Hij wijst er verder op dat de Nederlandse voorstellen voor een Europees transportbeleid geen enkele budgettaire consequentie hebben. Hij meent dat Nederland iets moet terugvragen voor de offers op het terrein van de Europese financiƫn en het GLB. Tijdens het Gymnich-overleg moet duidelijk worden gemaakt dat Nederland bespreking tijdens de ER van maart wenst.
Van den Broek betwijfelt echter of het wenselijk is om het transportbeleid dan aan de orde te stellen. Besloten wordt dat Van den Broek zich als oriƫnteren over de mogeljkheden om op korte termijn vorderingen te maken met dit dossier en dat blijk zal worden gegeven van het sterk gegroeide Nederlandse ongeduld.