Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
Samenvatting
4 e. Conclusies van de coördinatiecommissie voor Europese integratie- en associatieproblemen.
1. Ontwikkelingsraad op 24 september 1974.
De raad moet besluiten over de omvang van de Nederlandse bijdrage aan EEG-voedselhulp: of men kiest voor een bedrag van 79 mln gulden met als consequentie dat ook andere landen hun bijdrage beperken, of men kiest voor 90 mln waarbij er nog 11 mln moet worden gefinancierd. Den Uyl acht extra kosten redelijk vanwege de noodsituatie in Bangladesh. Pronk meent dat er hier sprake is van het financieren van een Europees belang: er wordt voedselhulp voorgesteld om de eigen overschotten weg te werken. Pronk wordt uiteindelijk gemachtigd in de raad naar bevind van zaken te handelen.
2. Begrotingsraad op 23 september 1974
Duisenberg vindt de begroting voor Nederland aanvaardbaar nu er reducties zijn aangebracht. Er is voor het eerst gewerkt met indicatoren, onder andere dat de gemiddelde stijging van de stijging van de EEG-begroting moet overeenkomen met de gemiddelde stijging van de begroting van de lidstaten. Brinkhorst merkt op dat het Europees Parlement dit jaar meer gelegenheid zal krijgen tot het vaststellen en amenderen van de begroting. Het besluit tot een extra prijsronde voor landbouw is in strijd met het Nederlandse streven om de Europese begroting minder door landbouw te laten bepalen. De raad aanvaardt de CoCo-conclusies.
Zie ook